trommel 1 trommel 2 trommel 3 trommel 4 trommel 5 club-moppen

Ayrton Senna komt aan bij de hemelpoort. Petrus doet open en zegt: "Luister goed, je mag erin maar je krijgt hier geen auto! De maximum snelheid hier bedraagt 50 km/u en daar houd jij je vast niet aan."
Na lang aandringen en vele beloftes van Senna's kant krijgt hij er toch een. Blij als een kind rijdt Senna rond met z'n nieuwe auto. Opeens haalt iemand hem met een rooie Ferrari idioot hard in.
"&$@%^%#$!" denkt Senna en rijdt vloekend en tierend terug naar Petrus, om zijn gram te halen.
"Mja," zegt Petrus, "had dat figuur in die Ferrari nogal lang haar?" Senna knikt. Petrus: "Daar kunnen we niets van zeggen, dat is het zoontje van de baas!"

Een jongeman loopt 's morgens vroeg door het park te joggen en ziet een mooie nieuwe tennisbal liggen. Hij ziet niemand in de buurt waarvan die kan zijn en stopt de bal in de zak van z'n sportbroek.
Op weg naar huis moet hij even wachten voor een rood stoplicht bij een zebrapad. Staat er een blondje naast hem, die naar de dikke bobbel in z'n broek kijkt.
"Wat is dat!?" vraagt ze met een zwoele stem en glimmende oogjes.
"Tennisbal", zegt hij, nahijgend van het joggen.
"Oei," zegt zij begripvol, "dat zal zeer doen zeg! Ik heb een keer een tennisarm gehad..."


"Ik ben geen tennis-expert, maar ik zou zweren dat er hier een regel overtreden wordt."

Henk en Jan, twee mannen die snel rijk wilden worden, hadden al hun geld geïnvesteerd in een renpaard. Een briljant idee, totdat ze erachter kwamen dat het dier het langzaamste wezen op deze planeet was. Iedere race waaraan het deelnam, eindigde het met enkele honderden meters achterstand op de voorlaatste knol.
"Tjongejonge, wat een waardeloos paard," zuchtte Henk. "Dit heeft geen zin meer, Jan. Alle tijd en moeite die we er nu nog in stoppen, is compleet weggegooid. We moeten er vanaf."
"Tja, dat denk ik ook," zuchtte Jan nog harder. "Maar hoe kom je van zo'n beest af?"
"Gewoon," antwoordde Henk. "Hier laten staan en dan hard wegrennen."

Picture this: Dublin, Ierland, ergens eind negentiende eeuw. Een gezelschap van zeer respectabele Britse heren is vanuit Londen afgereisd om hun westerburen, de Ieren dus, de edele kunst van het voetbal bij te brengen.
Uit de vrijwilligers die op het gebeuren afgekomen zijn, selecteren ze twee teams van beiden elf man, met achteraan een keeper, dan een paar stevige backs, en zo naar voren. Vervolgens reist het hele gezelschap af naar een groot, groen veld, waar aan beide korte zijden een goal gebouwd wordt.
"Ok," zegt een der hoge heren, zichzelf Coach Appleby noemend. "Wat nu de bedoeling is, is met deze bal hier, het veld over te rennen, en die dan in het doel aan de overzijde te krijgen."
"Meer hoeft U niet te zeggen!" roept een boerenjongen genaamd Murphy enthousiast, en hij raapt de bal op, rent als een gek het veld over en gooit hem snoeihard in de goal aan de overkant. Op een rustig drafje, en met een glimlach van oor tot oor, komt ie teruggelopen. "En wat moet ik er nu mee doen, coach Appleby?"
En coach Appleby vertelt hem wat hij ermee kan doen.
En zo is de rugby-bal aan zijn vorm gekomen!!


"Hoe vind je mijn dubbelhandige backhand?"

Op een prachtige zomermiddag neemt Jaap z'n vrouw mee naar de golfbaan. Ze hebben het prima naar hun zin, en ook het golfen verloopt perfect voor Jaap. Op de laatste hole, de moeilijkste van allemaal, moet de bal langs een oude schuur geslagen worden. Jaap kijkt, mikt, slaat...en raakt de bal volkomen verkeerd.
Recht voor de schuur landt ie in het gras. Dit betekent dat het bijna onmogelijk is om nog een goede score te halen, dus Jaap barst in vloeken uit. Zijn vrouw, die een leuke middag al helemaal in het water ziet vallen, komt snel met een suggestie: "Als ik die schuurdeur nou eens open houd? Dan kun je de bal er recht doorheen slaan, zo op de green. Toch?"
Briljant idee, vindt Jaap. Dus zijn vrouw houdt de deur open, Jaap kijkt, mikt, slaat...en raakt zijn vrouw vol op het hoofd. Zo hard, dat ze ter plekke overlijdt.
Maanden van diepe rouw verstrijken voor Jaap. Zijn beste vriend Frits kan het niet langer aanzien, en weet Jaap ervan te overtuigen om toch maar weer eens een balletje te slaan. Dus reizen ze af naar dezelfde golfbaan. Jaap levert een prima ronde af, maar alsof de duvel ermee speelt, komt de bal bij de laatste hole weer recht voor de schuur terecht.
Frits bekijkt de situatie en zegt: "Als ik die schuurdeur nou eens open houd? Dan kun je de bal er recht doorheen slaan, zo op de green." Waarop Jaap antwoordt: "Nee, doe maar niet. De laatste keer dat ik dat probeerde, eindigde ik twee boven par."

Zondagdagochtend, halfzeven, een wielerfanaat ontwaakt, glipt stilletjes uit bed om z'n vrouw niet te wekken en verdwijnt in alle stilte in de badkamer. Eenmaal in zijn rennersoutfit, gaat hij op z'n tenen naar de garage om de banden van zijn fiets op te pompen. Bij het openen van de garagepoort slaat de ijskoude sneeuwregen hem in het gezicht. Alhoewel hij al erger meegemaakt heeft, besluit hij toch maar eerst naar het weerbericht te luisteren op de radio. De verwachting is dramatisch: sneeuw, ijzel, hagel, stormwind... Uiteindelijk besluit hij maar terug te gaan slapen.
Hij kleedt zich weer uit, kruipt dicht tegen de warme rug van z'n vrouw aan en fluistert: "Het is verschrikkelijk slecht weer..."
Waarop z'n vrouw, half slapend, antwoordt: "Kan je geloven dat mijn man daarin is gaan fietsen?"

trommel 1 trommel 2 trommel 3 trommel 4 trommel 5 club-moppen

H Home m e